|
Dreigende wolken aan de Chileense zijde van het kanaal.
|
|
De Patagonische zeeleeuw Southern sea lion (Manenrob, Otaria flavescens), van links naar rechts man, vrouw en jong.
|
|
Op enkele eilanden in het Beagle-kanaal rusten de zeeleeuwen en broeden aalscholvers in dichte koloniën.
|
|
In tegenstelling tot andere aalscholvers die in het Beagle Kanaal voorkomen, verkiezen Keizeraalscholvers. (Phalacrocorax atriceps) plateau om te broeden.
|
|
Een paartje Magelhaenaalscholver (Phalacrocorax magellanicus) met jongen. Het legsel is meestal drie eieren, soms twee of vier.
|
|
Waar voedsel te vinden is, komen de vogels bijeen: Zuid-Amerikaanse visdiefjes, Kelpmeeuwen, een Reuzenstormvogel (links), Wenkbrauwalbatros (rechts op de voorgrond) en twee Magelhaenpinguïns achterin de groep.
|
|
Man en vrouw Chileense jager (Catharacta chilensis) op Isla Martillo.
|
|
Isla Martillo; de kolonie Magelhaenpinguïns (Spheniscus magellanicus).
|
|
Uitgesleten rotsen aan het eind van het Beagle Kanaal.
|
|
De Zuidelijke Reuzenstormvogel (Macronectes giganteus) heeft ongeveer dezelfde spanwijdte als de Wenkbrauwalbatros.
|
|
Opvallend zijn grote groepen Wenkbrauwalbatrossen (Thalassarche melanophrys), soms honderden bijeen en jonge vogels (donkere snavel) of oudere vogels (waarvan ik vermoed dat ze nog niet broeden).
|