Natuur

Bevers in Tierra del Fuego, februari 2008

In 1946 werden vijfentwintig paar bevers geïntroduceerd vanuit Canada naar Tierra del Fuego. Daar moest de Castor canadensis de basis vormen voor een nieuw op te zetten pelsindustrie. De pels bleek echter ongeschikt. In Canada zijn wolven en beren de natuurlijke vijanden van de bever, maar die ontbreken in Tierra del Fuego waar de bevers zich makkelijk uit konden breiden, ook over de Chileense grens. De populatie wordt op 55.000 dieren geschat - Wikipedia meldt bijna het dubbele aantal. Waar bevers in Nederland zorgvuldig geherintroceerd worden, zijn ze in het zuiden van Zuid-Amerika een plaag geworden. Ze vellen bomen om hun dammen te bouwen, en voeden zich met de kwetsbare berkenbomen (Nothofagus sp.) die er groeien. Bevers worden in het wild ongeveer veertien jaar oud.

Bevers worden tegen de schemering actief, en komen dan uit hun burcht die aan gemiddeld vijf dieren onderdak biedt. Aan het eind van de dag vertrok ik met Juan, onze hoteleigenaar, die een actieve kolonie wist te vinden op 45 minuten buiten de stad.

Het verschil tussen man en vrouw is vanaf een afstand niet te zien.


Bevers kunnen ongeveer een kwartier onder water blijven.


Bomen en boompjes worden omgeknaagd om de beverdam te versterken.


Hun neus steekt boven het water uit en wordt gebruikt om de omgeving af te speuren.


Af en toe komt er een aan land om gras en planten te eten.



Bevers zijn altijd waakzaam. Als er gevaar dreigt slaan ze met hun staart hard op het water, om de anderen te waarschuwen, en duiken onder.


© LEXsample 2008