LEXsample :: fototips voor Antarctica

Hoeveel film of geheugen meenemen?

In de eerste instantie kun je aan de hand van het reisprogramma nagaan hoeveel dagen de reis duurt, hoeveel plekken je bezoekt en wat er te zien. Onderweg is er ook een hoop te fotograferen, die dagen moet je natuurlijk meetellen. Er wordt wel eens gezegd dat je de dubbele hoeveelheid moet meenemen van je eerste schatting.

Hoeveel film moet je meenemen?

Een zomer op het Antarctisch schiereiland kent zowel zonnige dagen als grijze mist- en regenbuien (meer kans op slecht weer in voor- en naseizoen), dus zowel 100 of 200 asa als 400 asa film is raadzaam om mee te nemen. Sommige 400 asa-film kun je belichten (opwaarderen ofwel 'pushen') op 800 of zelfs 1600 asa, dit geeft je meer mogelijkheden.

In Ushuaia zijn diverse fotozaken waar je negatieffilm kunt kopen, maar heb je een speciale voorkeur voor een merk of type film, dan is het beter je eigen film van thuis mee te nemen.

Hoeveel megabytes (gigabytes) moet je meenemen?

Niet alleen hoeveel foto's je denkt te nemen, maar ook in welke kwaliteit (resolutie) bepaalt hoeveel geheugen je nodig zult hebben. Foto-bestanden van zo'n 6 megabytes lenen zich voor vergrotingen tot zo'n A4-formaat. Het is altijd mogelijk van hoge naar lage kwaliteit te gaan, maar niet andersom. Daarom is het raadzaam om in de eerste instantie de beste kwaliteit te kiezen. Met een gegeugenkaartje van 1 gigabyte kun je goed uit de voeten. Zijn je fotobestanden kleiner, dan is 512 Mb vaak voldoende. Overweeg een reservekaartje mee te nemen - soms raken geheugenkaarten onleesbaar.

Eenmaal aan boord kun je je digitale foto's uitzoeken. Met een notebook (groot scherm) kun je uiteraard veel beter beoordelen welke foto's je wilt bewaren en welke niet; het LCD-schermpje van de camera is daarvoor ongeschikt.

Delete foto's die niet gelukt zijn, en brandt de geslaagde foto's op een CD-schijf. Op CD gebrand kunnen de foto's niet meer per ongeluk verwijderd worden, dus dit is een veilige manier om ze op te slaan. Uiteraard heb je hiervoor een computer (notebook) nodig. Misschien kun je een notebook van een mede-passagier gebruiken. Neem je je eigen computer mee, dan heb je beschikking over je eigen (beeldbewerkings-) software en weet je wat je hebt.

De (semi-)professionele digitale spiegelreflexcamera's kunnen RAW schieten (Nikon noemt dit NEF): dit moet je altijd doen als het mogelijk is, het geeft je meer controle achteraf ietsje onder of over te belichten. Wel moet je dan een computer tot je beschikking hebben waarop de camerasoftware geïnstalleerd is waarmee je van RAW naar JPG (of eventueel TIFF) kunt converteren. Maar fotografeer je in RAW dan heb je waarschijnlijk ook een notebook bij je!

Mijn eigen foto's schik ik chronologisch, per dag een folder als naam de datum en korte omschrijving. Zodra ik genoeg foto's heb om een CD te branden, schrijf ik ze hierop weg. Ik bewaar alle goede foto's in eerste instantie, het echte uitzoeken en eventueel (beperkt) bewerken doe ik pas thuis. Het beheren en bewerken van foto's kost teveel tijd onderweg.

Een nadeel van digitaal fotograferen is dat je al gauw een hele serie kabels, adapters, opladers en andere accessoires hebt. Verzeker je ervan dat alles past en werkt (testen!).

Batterijen

Door kou kunnen batterijen en accu's sneller leeg raken. Behalve dat de camera 'lege batterij' aangeeft, kunnen zich door de kou ook onverwachte foutmeldingen voordoen.

CD's of DVD's branden

Wanneer je genoeg fotobestanden hebt, brandt ze dan op een CD of DVD. Laat de sessie niet 'open' maar 'sluit' deze om te voorkomen dat er alsnog foto's gewist kunnen worden. Bovendien zijn afgesloten schijven beter leesbaar op andere computers. In plaats van een hele stapel plastic hoesjes neem in lege CD's mee op een spindel (molentje), dat scheelt ruimte en rommel.

Draagbare harde schijf

Draagbare harde schijven zijn platte doosjes met batterij, fotokaartlezer en harde schijf van meestal 20, 40 of 80 gigabyte. Deze kunnen volle geheugenkaartjes met foto's overzetten, zodat je je geheugenkaart met nieuwe foto's kunt beschrijven.

Als je aan boord de beschikking hebt over een notebook, zul je een draagbare harde schijf niet echt nodig hebben; dat scheelt weer gewicht, snoeren en adapters. Het is praktischer om een extra geheugenkaartje mee te nemen.

Een draagbare harde schrijf kan wel handig zijn als (a) je geen notebook hebt, (b) als je echt veel foto's schiet, bijvoorbeeld meerdere beelden per seconde en (c) als extra backup naast foto-CD's die je onderweg brandt.

Vorige pagina Volgende pagina

© LEXsample 2006